Welkom op                        
Newfoundland 
 

Hout- en papierindustrie

Berkenbomen, september 2008. Copyright (c) 2008, Edwin Neeleman
Berkenbos, Red Indian Lake, september 2008

Van 1930 tot 1960 was de hout- en papierindustrie de belangrijkste economische sector op Newfoundland. Begin jaren ’60, toen mijnbouw deze leidende positie overnam, was nog ongeveer 30% van de oppervlakte van Newfoundland bebost. De bossen bestaan overwegend uit naaldbomen, zoals de zwarte spar en de balsem-den. Het zachte vuren- en dennenhout is uitermate geschikt voor verwerking tot pulp en papier, en dan vooral tot krantenpapier.

De pulp- en papierindustrie op Newfoundland ontstond in 1909, toen in Grand Falls een grote fabriek geopend werd. Een tweede fabriek volgde in 1925 in Corner Brook, en in 1981 startte in Stephenville een derde fabriek haar productie. Als gevolg van de moordende concurrentie op de wereldmarkt voor krantenpapier, en de daarmee samenhangende lage prijzen, zagen de papierfabrieken zich genoodzaakt hun productie terug te nemen of zelfs hun deuren definitief te sluiten.

Vroeger bestonden de bossen van Newfoundland ook uit omvangrijke percelen loofhout, voornamelijk berk en esdoorn. Sinds het eind van de 19e eeuw verschenen er talrijke zaagmolens, waarin dit hout verwerkt werd tot timmerhout voor de export. Tegenwoordig moet Newfoundland echter weer timmerhout importeren, omdat de loofbossen met geschikt hout grotendeels zijn verdwenen.